Alcohol & sport (2011)
een kwantitatief onderzoek naar de mate van alcoholconsumptie en de onderliggende motieven hiervoor bij Nederlandse (top)hockeyers
In deze scriptie is onderzocht hoe het met het alcoholgebruik van de Nederlandse sporters zit. Het onderzoek is uitgevoerd onder 98 hockeyers met een gemiddelde leeftijd van 25 jaar. Er is voor de sport hockey gekozen omdat dit na voetbal, de populairste sport in Nederland is en waarbij het aantal mannen en vrouwen ongeveer gelijk is. Het eerste deel van het onderzoek gaat over de hoeveelheid alcoholconsumptie van hockeyers op verschillend niveau en tussen mannen en vrouwen. Het tweede deel van het onderzoek gaat over de rol van drinkmotieven op de alcoholconsumptie van hockeyers. Verschillen deze motieven tussen verschillende hockeyniveaus? Uit de resultaten blijkt dat hockeyers op het hoogste niveau het minste alcohol drinken, maar dat hockeyers op het middelste niveau wel meer drinken dan hockeyers op het laagste niveau. Verder drinken hockeymannen meer alcohol dan hockeyvrouwen, en wordt er door hockeyers (veel) meer gedronken dan in de richtlijnen wordt aangeraden. Wat betreft de drinkmotieven, blijkt er echter geen verschil in drinkmotief te zijn tussen de verschillende hockeyniveaus. Een mogelijke verklaring voor de hoge alcoholconsumptie van hockeyers op het middelste niveau is de identificatie met teamgenoten.